Mijn ouders openden op 6 juni 1956 een banketbakkerij in de Weimarstraat. Al snel kwam daar een horecagedeelte bij. Toen de straat eenrichtingsverkeer werd, werd de invulling van de winkelpanden steeds moeilijker. Na vele protesten heeft de gemeente dit na enige tijd weer gecorrigeerd, alleen het kwaad bleek al geschied: tegenwoordig bevatten de Weimarstraat, Beeklaan en Regentesselaan zo’n 200 voormalige winkelpanden zonder enige identiteit.
In 1986 startte ik in een voormalige biljartruimte een cafetaria in de Fahrenheitstraat (inmiddels heb ik dit verkocht, maar het draagt nog wel mijn naam). Al snel begon er enige leegstand te ontstaan in het winkelgebied en ben ik me met de branchering gaan bemoeien. In deze tijd kreeg Albert Heijn een plek in de voormalige Westduinkerk. En na 3 pogingen op een ander gedeelte in de straat lukte het om een HEMA filiaal te realiseren.
Inmiddels is er geen leegstand hier. Sterker nog, er is zelfs een wachtlijst. Voor degenen die denken dat er straks geen winkels meer zijn zou ik zeggen lees het boek
Waarom stenen winkels winnen van Hans van Tellingen.
Het gebied bestaat nu uit een mooie balans van landelijke ketens, maar gelukkig ook veel lokale ondernemers. Die laatste groep bepaalt de uiteindelijke identiteit van de winkelstaat. En de bieb zorgt voor de sociale kant. Dat er van de 276 stembureaus in de stad tijdens de laatste verkiezingen, de meeste stemmen zijn uitgebracht in deze bibliotheek (500 stemmen meer dan de nummer 2), zegt wel het een en ander over de kracht van de Fahrenheit. Of dat nadat de HEMA werd geopend het hoofdkantoor contact opnam met het filiaal of ze even opnieuw de voorraad wilden tellen, want zo’n grote bestelling werd ongeloofwaardig geacht. En zo weet ik nog vele andere anekdotes te vertellen.
Ik ben blij dat Operatie Bomenbuurt ondernemers betrekt bij het Mobiliteitsplan van de wijk. Maandag 20 juni kon je tijdens de
informatieavond in de Houtrustkerk goed de inhoud van dit plan bekijken en hierover in gesprek gaan met de klankbordgroep, ambtenaren en buren.
Een van de ideeën is eenrichtingsverkeer. Voor smalle zijstraten ben ik daar een voorstander van: ze worden zo veiliger met meer ruimte voor groen. Maar of dat zo’n goed idee is bij de bredere Thomsonlaan, daarover heb ik mijn twijfels. Binnenkort wordt er gepeild wat de ondernemers aan deze laan vinden van dit voorstel om het doorgaande verkeer te ontmoedigen. Mijn eerste reactie: ik zou graag eerst goed willen onderzoeken of er daar wel sluipverkeer is. Op een “tweede Weimarstraat” vol lege panden zitten we hier niet te wachten. Op zichtbare 30 km zone bordjes mét handhaving en andere laad- en lostijden wel.